DELEN
De inhoud en beweringen in dit ingezonden artikel zijn uitsluitend de verantwoordelijkheid van de auteur. Queer Nederland onderschrijft niet noodzakelijkerwijs de meningen, feiten of conclusies die in het artikel worden gepresenteerd. Wij zijn niet verantwoordelijk voor eventuele onjuistheden of gevolgen voortvloeiend uit de inhoud van dit artikel. De tekst is enkel aangepast op interpunctie en taalfouten.
Gepubliceerd: 1 augustus 2025
Ik was laatst met Jip, onze driejarige, in een openluchtmuseum. Daar kwamen we een imker tegen die het leuk vond om te vertellen over zijn werk met de bijen. De imker probeerde alles aan Jip uit te leggen in (sorry hoor) jip-en-janneketaal. Ik heb weinig verstand van bijen en er ook geen hele grote interesse in. Dus mijn gedachten waren al aan het afdwalen toen de imker ineens begon over ‘de jongens’ en ‘de meisjes’ in de bijenkast. Het is niet onlogisch dat de imker deze termen gebruikte om aan een peuter uit te leggen hoe een bijenvolk in elkaar zit. Maar ik vond het helemaal niet kloppen.
Het verschil tussen bijen en mensen ligt juist in het feit dat bijen maar één soort geslacht hebben, terwijl mensen er (minstens) twee soorten hebben: hun sekse (het biologische geslacht) en hun gender (het sociale geslacht). Die twee vormen van geslacht zijn bij mensen met elkaar verweven geraakt. Een term als ‘jongen’ of ‘meisje’ duidt niet alleen maar een mens aan met bepaalde biologische kenmerken. Het roept ook een heel palet aan associaties op. Onnodige associaties als je het mij vraagt. Bij een mens hoeven de biologische kenmerken (de sekse) niet de sociale rol (het gender) te bepalen. Deze dualiteit is er niet bij bijen. De levensloop van een bij is bepaald door de biologische kenmerken. Een dar (mannelijke bij) kan niet besluiten om als werkbij (vrouwelijke bij) door het leven te gaan want het leven van een bij draait om basale dingen waarvoor je het juiste lichaam moet hebben. Bij mensen is dat anders. Ik snap dat je dat niet aan een peuter kunt uitleggen, zeker niet in drie zinnetjes. Ik stel voor dat je dan ‘dar’ en ‘werkbij’ zegt. In ieder geval heeft de peuter dan twee nieuwe woordjes geleerd in plaats van een concept uit de mensenwereld toe te passen op bijen. Want daarmee lijk je te suggereren dat ook de levensloop van ‘jongens’ en ‘meisjes’ door hun biologische eigenschappen bepaald is (of zou moeten zijn).
Dat zei ik allemaal níét tegen de imker. Echter terwijl die nog tegen Jip stond te praten, vroeg ik me óók nog af of het verhaal van de imker voor Jip helderder werd door het gebruik van ‘jongens’ en ‘meisjes’. Want volgens mij heeft Jip hooguit een vaag idee van de inhoud van deze woorden. We hebben Jip bewust nooit medegedeeld of die een jongen of een meisje is. Ik heb in gesprekken met Jip ook maar zelden andere mensen als ‘man/jongen’ of ‘vrouw/meisje’ aangeduid – juist omdat het zulke vage concepten zijn waarin biologische en sociale aspecten op een niet uitlegbare manier door elkaar lopen. Ze zijn niet eens handig: degene met de groene jas of die met het rode krulhaar werkt veel beter als je in de speeltuin naar mensen wilt verwijzen. Jip weet wat een piemel is en wat een vulva (op het niveau van een driejarige). Maar dat er overkoepelende termen zijn voor mensen met piemel en voor mensen met vulva (om over chromosomen en hormonen nog maar te zwijgen), dat leek me tot nu toe overbodige informatie.
Advertentie

Foto: Queer Nederland
"Jip is geen typische jongen en geen typisch meisje. Jip is gewoon Jip."
Joris
Andere ouders denken hier anders over (of hebben er nooit over nagedacht). Ze blijven het geslacht dat ze hun kinderen hebben toegewezen maar benoemen: wat ben je toch een lieve meid/flinke jongen! In de speeltuin gaan ze zelfs gokken op het geslacht van andere kinderen: het meisje/jongetje was eerst! Bij Jip zitten ze er met ongeveer de helft van hun gokjes ‘naast’. Ik zet dat tussen aanhalingstekens want ik heb geen idee welke gender (if any) Jip zichzelf te zijner tijd zal toewijzen. Wat ik bedoel: de gokjes van de andere ouders stroken niet met wat er in Jips paspoort staat. Ik neem het de andere ouders niet kwalijk dat ze ‘ernaast’ zitten. Ze zijn gewoon de draad kwijt want we volgen hun code niet waarmee ze hun eigen kinderen als jongens en meisjes oormerken (met behulp van onder andere kleding en kapsel). Ik neem het ze alleen (een beetje) kwalijk dat ze gaan gokken. Het Nederlands heeft een mooi woord dat iedereen kent voor jonge mensen wier geslacht onbekend of irrelevant is: kind. Zeg dat dan in de speeltuin.
Soms vraag ik me af of we Jip tekortdoen door op deze manier naar gender te kijken. Beschermen we Jip tegen irrelevante informatie of onthouden we hen kennis die die nodig heeft om hun plek in de samenleving te vinden? Moet je al in je eerste jaren weten wat een ‘man’ of een ‘vrouw’ is?
Persoonlijk zie ik de ontkoppeling van sekse en gender als belangrijke stap in de emancipatie van de mens. Dat is niet om te ontkennen dat we dieren zijn wier lichaam invloed heeft op ons leven. Het is om te onderkennen dat de verhouding tussen sekse en gender veel ingewikkelder is dan dat je met een vulva beter de was kunt doen en met een penis beter het land besturen. We denken tegenwoordig ook niet meer dat intelligentie aan de grootte van de hersenen af te lezen is of dat je criminelen aan hun wenkbrauwen kunt herkennen. Maar over de invloed van sekse op gedrag zijn nog steeds ideeën in omloop die zó simplistisch zijn dat ik ze liever vandaag dan morgen zie verdwijnen. Het klopt niet eens dat er slechts twee biologische geslachten zijn (lees het maar na bij de Scientific American). Het klopt al helemaal niet dat er slechts twee soorten mensen zijn wier gedrag je kunt voorspellen op de basis van hun geslachtsdelen. Daarop komt het neer. Toen Jip geboren werd, is er alleen maar naar hun geslachtsdelen gekeken. Er kwam geen onderzoek naar chromosomen of wat dan ook aan te pas.
Advertentie

Foto: Freepik
" Moet je al in je eerste jaren weten wat een ‘man’ of een ‘vrouw’ is?"
Joris
Zelfs als er correlaties te ontwaren vallen tussen biologische kenmerken en sociaal gedrag, kun je je alsnog afvragen of – en op welke manier – deze in de opvoeding van een kind terug zouden moeten komen. Zeker niet op de manier: Jij bent een jongen, hier heb je een blauwe trui en een voetbal. En jij bent een meisje, hier heb je een roze trui en een pop. Sterker nog: naar mijn mening hoeven kinderen die nog niet eens op de basisschool zitten helemaal niet te weten in welke categorie de volwassenen ze hebben ingedeeld. Ik zie de voordelen niet, maar er kleven risico’s aan. Het grootste daarvan is dat kinderen erachter komen dat ‘jongen’ of ‘meisje’ niet alleen een beschrijving is (zoals ‘blond haar’ of ‘blauwe ogen’). Het is een verwachtingspatroon. Ik vind dat peuters en kleuters nog aan geen verwachtingen hoeven te voldoen. Als je een kind het idee geeft dat het verkeerd bezig is (Maar grote jongens huilen toch niet! Wat moet een meisje nou met een brandweerwagen?!), is de kans groot dat het kind zijn gedrag gaandeweg gaat aanpassen om minder negatieve feedback te krijgen. We hebben het niet over één interactie, wel over een stroom aan interacties. Als ouder ontkom je er niet aan om je stempel op je kind te drukken. In de gender-rugzak van Jip wil ik zo min mogelijk bagage stoppen zodat er genoeg ruimte overblijft voor alles wat Jip op hun trektocht door de wereld tegenkomt.
Wat heeft het tot nu toe opgeleverd? Ik zou zeggen: veel moois. Jip is geen typische jongen en geen typisch meisje. Jip is gewoon Jip. Bij Jip zul je gedrag zien dat je (op basis van achterhaalde ideeën) bij een meisje verwacht en ook gedrag dat je bij een jongen verwacht. Ik heb de neiging om te zeggen dat dit te danken is aan het feit dat we al drie jaar ons best doen om Jip op te voeden als vrolijk, nieuwsgierig kind en niet als (of tot) jongen of meisje. Dat neemt niet alle twijfel weg die bij het opvoeden van een kind hoort: doen we het wel goed? Daarnaast voelt het beter dan elk alternatief dat ik kan bedenken.
Joris
Gastcolumnist

Jouw steun maakt het verschil!
Queer Nederland draait op de inzet en passie van een geweldig en uniek team dat zich dagelijks inzet om onze lhbtiq+ community van relevante en diepgaande content te voorzien. In deze roerige tijden is het essentieel dat we onze verhalen blijven vertellen, maar daarvoor hebben we jouw hulp nodig! Door Queer Nederland te steunen draag je bij aan het vertellen van meer diverse verhalen en het creëren van frisse content die bijdraagt aan de zichtbaarheid, acceptatie en emancipatie van de lhbtiq+ gemeenschap.
Steun de toekomst en doneer wat je kunt missen. Of het nu €5, €50, €500 of een ander bedrag is, jouw bijdrage helpt ons om een onafhankelijk en breed gedragen lhbtiq+ platform van Nederland te creëren.